Aan het irritant soort droge gekriebel ver achter in mijn neus voel ik dat het zover is. Ik ben aan de beurt. Na zoonlief Raaf(15) en wederhelft Tom. Ik had gehoopt dat ik er wel doorheen zou fietsen. Sterk gestel, veel yoga, gezond eten en na iedere aai over een ziektekiemende bol mijn handen ontsmet. Mij krijgen die microscopische krengetjes niet dacht ik nog.
Ze mogen me ook niet krijgen, want er is geen tijd voor bedrust. Ik probeer ze te slim af te zijn. Mijn voorraad Vitamine C en Zink tabletten slinkt in rap tempo. Vlierbessenextract appt iemand. Vooruit een paracetamolletje erbij en ik kan de toneelvoorstelling van Raaf ook nog wel bijwonen. Ik bel met een zakenrelatie. ‘Oh die griep? Die heb ik onlangs ook gehad, trek er maar drie weken voor uit’. Dríe wéken? Dat gaat mij niet gebeuren. En dus verrijk ik overdag verrijk mijn Japanse Kukicha thee met wat vers limoensap, een paar schijfjes verse gember en honing.
Snotterend lig ik op dag twee als een halfdood vogeltje onder mijn wolletje. Het is Raafs verjaardag en morgen komen er gasten. ‘We zeggen gewoon af’, roept Tom voor hij vertrekt. Maar ik wil er niets van weten. Ik kan dit wel vanaf mijn ziekbed organiseren.
Er blijken meer zieken in mijn omgeving. Ik krijg de kurkumatip. Door je thee doen. Gelukkig heb ik dat gele poeder in overvloed in huis. De volgende keer dat ik mijn tea tumbler van Simon Lévelt vul, voeg ik ook dat toe aan mijn elixer, want maandag moet ik toch echt wel weer op de been zijn. Afspraken buiten de deur die ik niet kan afzeggen. Met tegenzin zeg ik wel een uitje met vriendinnen af, zodat ik zondag even ziek mag zijn. Ik rust, slaap en drink nog meer van mijn schijnbaar weldadige elixer. Maar de vijfde nacht is een hel. Ik hoest, draai, snotter, kan geen adem halen, laat staan slapen. ‘Neem een lepeltje honing’ oppert Tom rond 3 uur. De arme schat kan natuurlijk ook niet slapen. ‘En zeg morgen je afspraken af, zo kun je niet op pad’. Kan niet, denkt de koppige ondernemer in mij. Of toch wel? De ochtend van dag vijf besluit ik eindelijk naar mijn lijf te luisteren en twee dagen in bed te blijven. Maar liefst negen man moet ik afbellen en verzetten. De reacties zijn meelevend en begripvol. Een hele nieuwe ervaring.
In de groepsapp met fanatieke #yogamaatjes biecht ik mijn ongezonde neigingen op. Mijn lijf snakt naar zout. Overdreven veel zout. En dan in de meest slechte vorm. Paprika chips. Laat ik dat nou nooit in huis hebben, behalve wanneer ik het boodschappen doen voor een verjaardag aan een man over laat. Zeven zakken hadden we in huis. Ik heb me aan de eerste zak gewaagd en warempel, ik voelde een heerlijke opkikker. Keltisch zeezout in je water doen luidt het advies. Mijn mineralen behoefte moet aangevuld. Ik vul mijn tea tumbler nogmaals met een schepje Kukicha thee, schijfjes verse gember, limoensap, honing, een flinke snuf kurkuma en voeg er een halve theelepel hymalayazout aan toe, bij gebrek aan de Keltische variant en oh ja, thijm, had ik ook nog ergens gelezen. Mijn thee smaakt zo langzamerhand naar een Thaise Thom Kha Kai, alleen de kokosmelk ontbreekt.
Dag zes start op mijn yogamat en vandaag heb ik een hele dag gewerkt. Ha, drie weken? Ik dacht het niet.
Comments